janamest.reismee.nl

Het werd even stil in mij.....

Het werd even stil in mij


Vorige week vrijdag zijn we met twee leraressen van de New Horizon school naar Kampala gegaan. We hebben al een jaar of wat contact met een man genaamd Eddy Joram. Hij is betrokken bij een kerk en heeft op het terrein van de kerk een school opgezet. Een school gericht op de allerarmsten in de wijk.
Omdat deze school al een keer contact heeft gehad met de lesmethode die hier bij Noah’s Ark wordt gebruikt, zijnde Jolly Phonics, wilden de twee leraressen, Hildah en Ineke, graag met ons mee.

Om een uur of 8 liepen we met onze rugzakken en tassen naar de hoofdstraat. In onze rugzakken kleertjes die we hadden gekregen vanuit Zuid Soedan. ‘Zoek maar een mooie bestemming’, nou dat zou vast gaan lukken daar bij Eddy. Op de afgesproken tijd, jaja, kwam Eddy met een chauffeur aanlopen. Hij had een auto geregeld waar we met z’n allen in konden. Onderweg zijn we nog gestopt bij een winkel waar ze grote hoeveelheden meel, rijst en dergelijke verkopen. Eddy geeft de kinderen op school dagelijks twee maaltijden, een soort pap in de ochtend en wat rijst aan het eind van de dag. Meestal is dat het enige eten dat ze krijgen op een dag. Omdat Eddy het moet hebben van sponsors hebben we tegen hem gezegd dat hij eten kon kopen voor de kinderen omdat lieve mensen in Nederland ons geld hadden gegeven voor ‘daar waar ons hart sneller voor gaat kloppen’.
Ik kan je vertellen dat de 60 kinderen op school de komende 6 weken die twee maaltijden gaan krijgen!

Op school werden we hartelijk welkom geheten door de kinderen. De kinderen stonden netjes in de rij voor het ontbijt, het was toen ongeveer half 11. Op onze vraag waarom de kinderen zo laat hun ontbijt kregen vertelde Eddy dat de kinderen later op school waren gekomen in verband met de regen. Oké, bijzonder dat je te laat op school komt door de regen. Dat is toch niet nodig?? Aan het eind van ons bezoek begreep ik het volkomen.

Eddy heeft ons een rondleiding gegeven in de klassen. Omdat er te weinig geld is om meer klaslokalen te bouwen, heeft deze school de mogelijkheid om les te geven in P1, P2, P3 en P4. Dus tot ongeveer jaar 9. Daarna is er geen onderwijs meer mogelijk bij deze school, hoe triest. Er is gewoon geen geld om meer klassen te bouwen en wel heel veel kinderen die graag onderwijs willen hebben.

In elke klas hing er een stuk hout aan de muur (van planken) waarop ooit een keer schoolbordverf was gesmeerd. Maar hier gebruik je alles tot het letterlijk uit elkaar valt. Bij deze houten schoolborden duurt dat niet lang meer..
In de jongste klassen waren ze aan het kleuren, zittend op een bankje, voorovergebogen over een ander bankje wat als tafel diende. Goede werkhouding, echt


Nadat we elke klas hadden bezocht zijn we met Eddy en een leraar naar de huizen van de kinderen gelopen, de sloppenwijk in. We daalden af naar beneden, liepen door straten zoals we die kennen in Oeganda, gaten en bulten, hobbels en bobbels, langs huizen van rode stenen en beton, in een brandend hete zon.... En maar verder naar beneden liepen we, totdat we letterlijk en figuurlijk het dieptepunt van Kampala bereikte.. En toen werd het stil in mij. Zeker toen Eddy begon te vertellen over de situatie die daar is. De woningen die er staan worden verhuurd. Ze staan hutje mutje tegen elkaar aangedrukt, geulen en afvoerslootjes lopen tussen de woningen door. Overal ligt afval, huishoudelijk of afval dat de loslopende geiten of honden laten vallen. Her en der zagen we diepe plassen met grijs smerig stinkend borrelend water. Een bron voor malariamuggen, dat stinkende stilstaande water.

Eddy nam ons mee naar een woning waar een moeder woont met haar drie kinderen. Een van de kinderen mag naar zijn school, de anderen zijn nog te jong. Om bij het huisje te komen moesten we door smalle steegjes lopen, springen over watergoten, jezelf vasthoudend aan een muur om niet uit te glijden in de modder. We vroegen ons af waarom er op alle muren zo’n vieze smerige groene aanslag zat. Eddy gaf hier uitleg over, het raakte me diep.

Als het regent in Oeganda, en dat zijn tijdens het regenseizoen enorme zware regenbuien, dan stroomt het regenwater van de hooggelegen delen van Kampala naar deze plek. En dat is niet een rustig kabbelend stroompje die de droge bodem verzadigd. Nee, het water komt in een woeste stroom door de straten naar beneden denderen! Vies smerig roodbruin water, water dat alles meesleurt wat het tegenkomt onderweg. Binnen ‘no time’ staat het water de mensen in de sloppenwijk letterlijk tot aan de lippen. Eddy liet zien dat de groene aanslag op de muren het waterpeil aangeeft als het regent. Ruim een meter hoog! En als dan het water zo hoog staat, is er geen toilet die zijn afval (dat normaal 4 meter lager ligt) kan binnen houden! De toiletten overstromen en het menselijk afval gaat gewoon met de waterstroom mee!
De woningen die er staan hebben allemaal flinke hoge drempels maar tegen deze hoeveelheden water is niets bestand. En ja, dat smerige water stroomt met dezelfde snelheid de woningen binnen, en ja, ook binnen in de woning zagen we de groene grens van het waterpeil op de muren afgetekend.

Met dit in gedachten werden we in een van deze huisjes ontvangen. De moeder en de drie kinderen stonden ons op te wachten. Binnen de 3 m2 zagen we een plank met een kleed erop (dat was het bankstel) en een houten kastje, beiden op een aantal gestapelde bakstenen.
Uiteraard moesten wij op de bank plaatsnemen en vertaalde Eddy wat de vrouw vertelde. Als het begint te regenen, moet het hele gezin helpen om, zo snel mogelijk, de spullen die op de grond staan of liggen zo hoog mogelijk neer te leggen. En dan wachten hoeveel regen er gaat vallen. Als het water de drempel over komt stromen, dan wordt er met z’n allen gehoosd, met een blikje of bakje om het water naar buiten te scheppen. Houdt de regen te lang aan dan weten ze dat ze zo snel mogelijk uit hun woning weg moeten vluchten naar hoog gelegen plekken.

Het was en is verschrikkelijk om op deze manier te moeten leven. We vroegen de moeder hoe zij inkomen krijgt. Ze koopt elke ochtend een soort groene bladeren (koolbladeren of zo) en aan het eind van de middag gaat ze met een teil op haar hoofd langs de straten in Kampala lopen om de bladeren te verkopen aan langzaam rijdende verkeersdeelnemers. ‘Waar zijn de kinderen dan?’, vroegen wij haar. ‘Hier thuis, met z’n drieĂ«n, en als er een regenbui valt dan weet de oudste wat ze moet doen, hopelijk kunnen ze op tijd wegkomen”. Later hoorden we dat er verderop in een woning een baby was verdronken omdat de moeder even buiten het huisje was en het kind lekker lag te slapen
 Stil in mij


En zo hebben we bijna 1.5 uur gelopen door deze sloppenwijk. De mensen die we tegenkwamen, vooral de volwassenen, hadden een blik in hun ogen die ik het beste kan omschrijven als uitzichtloos. Wat voor vooruitzicht heb je als je weet dat bij elke regenbui je schamele woning vol met smerig, ziekmakend afvalwater komt te staan? Je kinderen blootgesteld worden aan allerlei ziektes als malaria, infecties of erger, cholera? Waar moet je heen als je niets heb, wat kun je doen als het nooit ophoudt? Stil in mij


Na onze rondleiding hebben we met elkaar in de schaduw van de kerk zitten uitzweten van de inspanning. Wij allen waren stil en diep onder de indruk van wat we gezien en gehoord hadden. Eddy vertelde dat de kinderen van school vaak ziek zijn, malaria. Malaria is goed te behandelen, mits je daar geld voor hebt. De medicijnen zijn op zich niet zo duur, het wordt onbetaalbaar als pillen niet helpen (omdat overgeven heftig is) en er injecties of infuus gegeven moet worden. Dan moeten de kinderen naar het ziekenhuis. En daar wordt voor het toedienen van de medicijnen gigantische hoge bedragen gevraagd. En dat kunnen de ouders, maar ook Eddy, niet betalen.

Deze Eddy, ik heb diep respect voor zijn inzet voor deze allerarmste medemensen, heeft een droom. Samen met zijn vrouw heeft hij deze droom uitgewerkt. Zijn vrouw is verpleegkundige, een lid van de kerk is arts. Zij willen gaan samenwerken en op het terrein van de kerk een Dream Clinic starten. Kleinschalige kliniek waar de kinderen geholpen kunnen worden als ze malaria of andere problemen hebben. Zodat er geen torenhoge rekeningen meer komen en er misschien wat geld verdiend kan worden als er mensen uit de omgeving medicijnen en/of behandelingen nodig hebben. Met dat geld kan er dan eten gekocht worden voor de schoolkinderen en in de toekomst misschien meerdere klassen geopend worden zodat er meer kinderen naar school kunnen.

Jan en ik hebben besloten om ons in te gaan zetten om een start te maken met deze Dream Clinic. Eddy heeft zo’n 6 miljoen Oegandese Shilling nodig om deze kliniek te starten. Dat is ongeveer 1500 euro. Afgelopen week heb ik zaken gedaan in Mukono en allerlei kleine bedrijfjes aan het werk gezet om spullen te maken. Handgemaakte tassen, schorten, kettingen en armbanden en nog veel meer. Deze spullen ga ik verkopen in Nederland zodat deze kliniek zo snel mogelijk gestart kan worden. Helpen jullie mee? Hou onze Facebook-pagina maar in de gaten, wordt vervolgd namelijk!!

Met deze laatste reisblog komt ook een eind aan onze reis. Vanavond vertrekken we hier van Noah’s Ark. Vrijdagavond zullen we de Nederlandse bodem weer onder onze voeten hebben. Het was een bijzondere tijd, met vele bijzondere ontmoetingen en ervaringen. Wij hebben er enorm van genoten en zijn diep onder de indruk van wat we allemaal gezien en gedaan hebben. Ik hoop dat jullie, medereizigers, ook plezier hebben gehad om met ons op reis te zijn geweest.

Terug op Noah's Ark

Zo, dat is een tijdje geleden dat jullie van ons hebben gelezen. Klopt, we zijn weer terug op Noah’s Ark en pakken daar ons ritme weer op. De afgelopen week hebben we ons vooral gericht op allerlei klusjes doen hier op het terrein. Zo heeft Jan contact gelegd met de computer leraar hier op de school. Er waren een aantal computers die niet (goed) werkten en daar heeft Jan zijn professionele oog eens op gegooid. Onze tweede slaapkamer is ‘omgebouwd’ tot een kantoor. Nou ja, kantoor...hij heeft de computers op het matrasloze bed gezet en zit op zijn knieĂ«n het toetsenbord te bedienen. Beetje behelpen maar het lukt hem echt wel. Ook de laptops bij de kleuterschool moesten ‘schoongemaakt’ worden. Allerlei troep die in de afgelopen tijd ‘ zomaar’ op een computer terecht kan komen, is enorm. We zullen het dus maar niet hebben over de ‘CIA-files’ die we voorbij zagen komen. Gelukkig was het maar een schermbeveiliging maar dat was wel even schrikken. Jan heeft ze weer opgepoetst en ze kunnen er weer mee werken.

De afgelopen dagen hebben we Mukono afgestruind. Wij waren een echtpaar met een missie. En onze missie was.....kindertandenborstels!! Omdat we van een lief echtpaar een gift hadden ontvangen, te besteden aan de kinderen in Noah’s Ark, hebben we onze oren open gezet om te horen waar behoefte naar was. Als je zegt dat je geld hebt om te besteden, heeft iedereen wel een goed idee. Dus zo kwam ons ‘ ter ore’ dat de kinderen in de kleuterschool hun tanden niet poetsen, na het eten en voor hun middagslaapje. Dat leek ons een prima besteding van de gift. Ik kan je vertellen dat er in heel Mukono geen kindertandenborstel meer te verkrijgen is! We zijn echt alle kraampjes, kleedjes en supermarkten afgegaan om ze te verzamelen. Maar het is gelukt! Gisteren hebben we de 108 kinderen verblijd met ieder een tandenborstel, voorzien met hun naam, en twee tubes tandpasta voor elke klas. Blij dat ze waren!

Omdat we toch rondliepen bij de kleuters kwam de hoofdonderwijzeres Hildah bij ons met een vraag. Ze had ooit eens een stapeltje papieren gekregen waar ‘spelletjes’ op stonden. Maar de tekst was in het Nederlands. Ze snapte er helemaal niks van. Toen ik zei dat het gymnastiekoefeningen voor kinderen waren, werd ze enthousiast. Want elke ochtend, voordat de kleintjes de klas in gaan, krijgen ze een soort van gym-momentje. Met z’n allen in de kring staan en even de armen en benen strekken voordat ze op de stoeltjes gaan zitten. Ik ben momenteel bezig om een bord te maken waarop verschillende tekeningen staan met een, nu Engelse, beschrijving van de gymnastiek oefeningen er bij. Nu kunnen de teachers op het bord aanwijzen welke oefening ze gaan doen.

En omdat ik toch in het vertaalwerk bezig ben, zullen ze wel gedacht hebben: ‘die Nanda geven we nog maar meer te vertalen’. Het jaarlijkse krantje van Noah’s Ark moet binnen enkele dagen vertaald worden in het Engels. Piet (Papa) Buitendijk gaat in de maand mei naar Canada en wil daar de krantjes gaan uitdelen. Dan is het wel handig als het in het Engels is en niet in het Nederlands. Dus ik zit al een paar dagen achter de laptop te tikken. Zo kan ik mijn Engels weer naar een ander niveau brengen. (met behulp van Google Translate J )

Waar Jan zich op dit moment ook nog mee bezig houdt is een soort van informatiemap voor de vrijwilligers hier op Noah’s Ark. Wij zijn nu al drie keer hier geweest en weten ondertussen waar we wat kunnen vinden op het terrein of in Mukono. Maar als je hier voor het eerst komt, heb je bijna een week nodig om er achter te komen hoe het hier allemaal werkt. En ja, ze hebben een vrijwilligers coördinator en hij doet enorm zijn best om iedereen wegwijs te maken op het terrein. Maar het ontbreekt hem gewoon aan tijd omdat hij ook verantwoordelijk is voor de muziekband en andere werkzaamheden. Daarom leek het ons handig om een mapje in elk huisje te leggen waarop informatie staat over Noah’s Ark. We hebben toestemming gekregen om dat mapje aan te leggen en uit te printen. Nu struint Jan elke afdeling langs om vragen te stellen: ”hoe laat dit, hoe laat dat, bij wie en waar?”. Uiteraard ziet het mapje er gelikt uit, Centre Parcs is er niks bij!

Helaas moest ik de afgelopen week alles wat langzamer en voorzichtiger dan normaal aan doen.
Dat had te maken met de pijn in mijn onderrug. Geen idee hoe ik eraan gekomen ben, geen gekke bewegingen gemaakt of zwaar getild. Het was er gewoon zomaar op een ochtend. Daarvoor heb ik wel een week lang volop aan de pijnstillers gezeten. Gelukkig merk ik nu dat het elke dag beter gaat en heb ik geen pijnstillers meer nodig. Dan moet je zo’n week wel even schakelen van ‘altijd lekker bezig’ naar ‘ heel rustig aan’. Maar dan ben ik ook weer dankbaar dat ik deze verplichte rustmomenten hier op Noah’s Ark had en niet tijdens ons bezoek in Zuid Soedan.

Eergisteren is Jan naar een kapperszaak geweest om zijn baard bij te laten werken. Spannend hoor. Geen idee hoe ze dat hier in Oeganda gaan aanpakken. Bij de eerste kapsalon kregen we te horen dat de mannenkapper er vandaag niet was maar morgen weer terug zou zijn. Bij de volgende, goed uitziende, kapsalon lukte het ons wel. Wij eerst een prijs opgevraagd en ze doen dat voor omgerekend € 1,50. Een kwartier op de kappersstoel moeten wachten voordat de mannenkapper aanwezig was. En wat je dan voor je geld krijgt 


Eerst wordt de baard netjes bijgewerkt en tevens worden de nekharen geschoren. Toen moest Jan naar de wastafel waar zijn haar gewassen werd. Niet om gevraagd maar het was wel heerlijk om na ruim 5 weken je haar een keer met warm water te kunnen wassen. Vervolgens weer terug naar de kappersstoel en daar kreeg Jan een hoofd-, gezicht- en nekmassage. Wat een verrassing en verwennerij. Nooit gedacht dat je voor je baard bij te werken ongeveer 1 uur op de kappersstoel moet zitten.

En zo, beste reizigers, vullen we onze dagen een beetje met van alles wat. Paar keer per week ’s ochtends vroeg de kleintjes uit bed plukken, wassen en aankleden. Daarna een van de kleintjes, in de zon op het stoepje voor het kinderhuis, de fles geven. Goed moment om God te danken voor het leven ons gegeven! Kan geen betere start van de dag hebben!
Wij wensen jullie ook mooie dagen toe met veel dankmomenten!

Wereld van verschil

En we zijn weer terug op vertrouwd gebied! Vrijdagavond om 23:00 uur waren we weer terug in ons huisje op Noah’s Ark. We hadden een dag van meerdere malen opstijgen, vliegen en landen en wachten achter de rug


Het begon vrijdagochtend bij Ard en Carin thuis. Na weer een lekker ontbijtje van zelfgemaakte yoghurt met cruesli, hebben we ons schamele beetje kleding wat we mee hadden weer in de koffer gestopt. We hebben toen met het gezin de Leeuw gebeden, onze tijd samen en de toekomst van ons allen, in Zijn handen gelegd. God gedankt voor de zegeningen die we aan elkaar mochten geven. Omdat het MAF vliegtuigje vlak bij Yei zou landen zijn we om half 10 naar het huis van de gereden. En inderdaad om half 11 hoorden we geronkt en kwam het vliegtuigje over vliegen. Snel in de auto gestapt en 1.5 km rijden naar het ®vliegveld’, een strook zand dat was vrijgemaakt van dorens en distels zodat het vliegtuigje geen lekke band zou krijgen.

Nadat we door de twee piloten waren gewogen en goed bevonden (nee, ik ga niet zeggen wat de weegschaal mij vertelde maar het was beduidend minder dan ik had gedacht!) mochten we instappen. Het vliegtuigje had 12 zitplaatsen excl. de twee piloten. In de gordels en wachten tot we zouden opstijgen. Ik kan je vertellen dat de temperatuur in dat stalen hokje steeg naar zijn toppunt! Het water liep in straaltjes van ons lichaam, zo warm werd het daarbinnen. Maar wat ik bijzonder mooi vond, was, nadat de piloot ons uitlegde wat de regeltjes waren in zo’n klein vliegtuigje, hij ons voorging in gebed voor een veilige vlucht! Ik zie ze dat bij een andere vliegtuigmaatschappij nog niet zo gauw doen!!

Toen begonnen de motoren te ronken en ging het vliegtuigje los van de grond. Mieters, wat een mooie ervaring was dat! Op deze hoogte het Zuid Soedanese land te zien, geweldig. Zo laag en zo dicht langs de bergen heb ik nog nooit gevlogen.
En we landen gewoon op zand of gras waarnaast de geiten en/of koeien gewoon stonden te grazen.
Omdat er andere passagiers waren die in Torit en nog een ander klein gehuchtje afgezet moesten worden, hebben we veel gezien van Zuid-Soedan voordat ons vliegtuigje om half 1 de luchthaven van Djoeba (Juba) aandeed.

Daar werden wij en de andere 8 passagiers uit het vliegtuigje gehaald en door een klein busje naar de aankomsthal gebracht. Echt, stel je Schiphol voor en dan alles in het tegenovergestelde. Op Schiphol niet weten waar je heen moet vanwege de grootte; in Juba niet weten waar je heen moet vanwege de chaos en ontbrekende “bewegwijzering”. DAT was wat we daar aantroffen op het vliegveld van Juba. Omdat we pas om 4 uur konden inchecken, mochten we gelukkig plaats nemen in het kleine kantoortje van MAF alwaar een ventilator stond te draaien. Buiten was het ontzettend chaotische en warm.

Na een uur werden we weggebracht naar de incheckbalie van Rwandair waar we onze boarding passen kregen en onze ene koffer konden afgeven. Hopelijk zien we die weer terug. En toen hadden we linksaf moeten slaan

Maar nee, we lieten ons door een jongeman meenemen naar rechts alwaar een zeecontainer met ‘Immigration’ stond. Oke, daar moesten we blijkbaar onze paspoorten laten zien. Prima, dan doen we dat toch?

Komen we bij een loketje, met een raampje dat veel te hoog was om op normale toon met de man te communiceren. Hij bekeek onze paspoorten en ®zij werden niet juist bevonden’. Huh???
Visum zit achterin, hoor! We hebben alles geregeld en gedaan zoals ons is gezegd! Nee, je mist een sticker van de Immigratiedienst. Wattt??

Toen werden we doorgestuurd naar het loketje ernaast, waar een streng kijkende politieambtenaar alweer door het te hoge raampje naar mij keek. Opnieuw dezelfde woorden. We hadden ons binnen drie dagen na aankomst in Zuid Soedan moeten melden bij 
. (stipjes, want ik weet nog steeds niet wat of waar wij ons hadden moeten melden). “You broke the law!!!” zei hij tegen mij. Nou, maar dat is dan omdat wij niet wisten dat we ons nog ergens moesten melden. “DAT is uw probleem,!” zei hij toen. “Wat een vriendelijke benadering van burgers heeft deze man’, dacht ik aan de andere kant van het te hoge loketje. Toen vertelde hij dat we een sticker konden halen in 
.. of een boete betalen van 50 dollar per persoon. Wat? Even snel met elkaar overlegd, als we hier 100 dollar moeten afgeven hebben we niet genoeg dollars om het visum te betalen voor Oeganda. Oke, we hebben 70 dollar over, kijken hoever we komen. Met 50 dollar in de hand, die ik heel subtiel over het randje van het te hoge loketje heen liet hangen, bleef ik de man aankijken. “Do you have more??” No, dit is wat ik heb! En ondertussen bidden
 Ik vertrouw op U! . “You do not get a receive from me!” Joh, ik hoef dat bonnetje echt niet van jou te ontvangen! Hij pakte het briefje aan en langzaam werden de twee paspoorten dicht gedaan en naar het mannetje ernaast geschoven die in een boek alle namen schreef van de paspoorten die bij hem werden neergelegd. De paspoorten werden door het loketje naar mij toe geschoven, en snel, snel weg hier, Jan!! God zegene deze man.

Om even uit te blazen van deze hobbel, hebben we geprobeerd schaduw te zoeken op die luchthaven. En daar stonden nog twee plastic stoeltjes vrij. Even zitten, slok water genomen en uitblazen. Daar hebben we een tijdje gezeten, de omgeving eens goed in ons opgenomen en naar de mensen aldaar bekeken... alhoewel, ik denk dat zij ons eerder bekeken dan wij hen. De blanken waren behoorlijk in de minderheid. De luchthaven leek in onze ogen wel een oorlogsgebied, zoveel puin en troep lag er op de grond. Overal waar we keken waren noodvoorzieningen getroffen.
Er kwam een jonge vrouw aanlopen met een slapend kind van 2 jaar in haar armen. Dus ik snel opgestaan en haar de stoel gegeven om op te zitten. In de uren erna hebben we gezellig met haar zitten kletsen. Zij vertelde dat het zo’n puinhoop was omdat het vliegveld werd gerenoveerd. Okee, tsja, ieder doet dat op zijn eigen manier.

Omdat ik toch de tijd moest vullen ben ik een paracord gaan maken. En deze armband heb ik aan die aardige vrouw gegeven. Ze vond het erg mooi en was er heel erg blij mee. Maar 2 meter verderop zat een groep vrouwen, ook te wachten op een vliegtuig. Een jong meisje van 14 jaar zat er tussen en ik heb oogcontact met haar gezocht. Al wenkend vroeg ik of zij ook een armband wilde maken. Ja, dat wilde Sarah wel. Ze sprak gelukkig wat Engels en kon ik haar leren knopen. Toen het armbandje klaar was, heb ik in het uur erna met wel 8 vrouwen armbandjes zitten knopen! Lachen joh! En toen moest er zo nodig een mannetje met een geel security hesje, roet in het eten gooien. Nou ja, eten, hij stapte op Jan af die met zijn mobiele telefoon foto’s maakte van ons gezellige groepje fröbelende meiden van verschillende culturen.
“Give me!”, zei hij, zijn hand uitstekend naar de mobiele telefoon. O nee, niks daarvan. “We delete the foto’s, oke?” Dus in zijn bijzijn alle foto’s gewist van het fröbelen en nadat ik vriendelijk gevraagd had of ik wel mocht blijven fröbelen met de dames, me omgedraaid en verder gegaan.
Wat die man niet weet is dat mijn man erruuuug handig is met de laptop, hihihi, alle gewiste foto’s zijn weer terug. We brengen hier de veiligheid van het vliegveld niet in gevaar, dan zou ik het snappen waarom we geen foto’s mogen maken. Maar deze foto’s lieten niets zien over de veiligheid.

De laatste armbandjes snel afgemaakt voor een paar dames, toen moesten we naar de ‘vertrekhal’. Een witte tent waar wel over de 100 mensen stonden te wachten voor wel 4 verschillende vluchten. Geen idee of er een rij was en welke rij we dan hadden moeten staan. We zien wel. Ook daar gewacht tot er wat beweging kwam en we iets van RwandAir hoorden roepen. En eindelijk mochten we in een rij over het asfalt naar het gereedstaande vliegtuig lopen. Maar eerst even langs een rij met koffers. Je moet namelijk wel zelf kijken of jouw koffer er tussen staat voordat ze in het vliegtuig werden geladen!!
In het overheerlijke koele vliegtuig werden we ontvangen met water, juice en een paar broodjes. Binnen een uur waren we weer geland op Entebbe (18:00 uur) waar onze chauffeur Jimmy ons stond op te wachten. We zijn toen wezen eten in een restaurant Cafe Javas. Doorrijden had geen zin want rond dat tijdstip was er altijd file in de omgeving Kampala.

Om half 9 uur weer ingestapt om zo, hopelijk, de files in Kampala te omzeilen. Maar helaas, in Kampala lijkt het de gehele dag vast te staan en om 11 uur waren we hier weer in Noah’s Ark.

Maar wat een wereld van verschil tussen de afgelopen 2 weken in Zuid-Soedan en nu weer Oeganda. Met de autoreis naar Zuid-Soedan zijn we 1 auto en 2 fietsers tegen gekomen en de rest van die 14 dagen alleen maar lopende mensen. En dan landt je in Entebbe en kom je direct weer terecht in de drukte van al het verkeer.

We hebben de volgende dag nog een bruiloft gehad van een Nederlandse jongen en een Canadese vrouw die elkaar hier beide werken en elkaar hier ook hebben leren kennen. Het was een gezellige middag in de kerk met uitwisselen van de ringen, DE kus, taart met limonade, toespraken, liedjes en hapjes. Nou, dit was er weer een. Nieuwe week voor de boeg. Tot later, reisgenoten!!

2e week Kali

Onze tijd in Kali zit er bijna op. Nog even en we zitten weer in Mukono, Oeganda.

Maar voordat we de Laarim verlaten willen we jullie nog meenemen naar een paar van onze, zeer ongewone maar zo bijzondere, ontmoetingen en gebeurtenissen.

Op zaterdag gaat de familie de Leeuw altijd op bezoek bij de stam van Chief Joseph. Meestal om een bijbelverhaal te vertellen. De lokale vertaler, Angelo, gaat dan vaak mee. Hij is het bruggetje om de woorden te vertalen die bij Ard en Carin nog niet bekend zijn. Angelo zou om een uur of 8 in de ochtend verschijnen zodat hij mee kon rijden naar de stam, echter, zoals het een goed Afrikaan betaamd, om 8 uur was Angelo er nog niet.

Om 9 uur was hij er ook niet. In dat uur dachten we van de kinderen bij het hek te hebben begrepen dat Angelo op zichzelf naar de stam was gelopen.

Toen zijn wij en de familie de Leeuw maar in de auto gestapt. Omdat er kinderen bij het hek stonden, die graag het bijbelverhaal wilde horen, mochten ze mee in de auto. In de kattenbak, zoals Boaz en Manoah het noemen.

En toen de motor startte, ging ook de ‘radio’ in de kattenbak aan! Geweldig! Die 15 kinderen, vooral jongens, begonnen te zingen. De ene nog harder dan de ander, sommige stemmen zongen er hoog bovenuit. Het was supermooi! In hun eigen taal hadden ze met de kerst een musical geleerd. De liedjes over ‘Yesu’ en ‘Maria’ zaten nog goed in hun geheugen. Wat een geweldige ervaring om die heldere stemmen te horen zingen, terwijl we naar de chief toe reden!

Bij de chief werden we weer enthousiast welkom geheten. Herkenning want we waren daar al eerder geweest. Al lopend over het compound van de chief, zochten we naar Angelo. Echter Angelo hebben we niet gezien. Ondanks dat we geen bijbelverhaal hebben kunnen vertellen, hebben we onze tijd goed besteed. Terwijl Ard en Carin met de locals praatten, heb ik Amy op de arm genomen. De kleine meid was het even zat, dat geaai en geroep. “ Amy!! Amy??! Om haar huilen te stoppen heb ik toen Amy maar in de arm genomen en haar laten zweven, al ronddraaiend om mijn as. De locale kids vonden het geweldig dat Amy gierde van het lachen. Toen ik ook nog tot drie ging tellen in het Laarim, was het compleet. De kids telden mee: Adooi, rama, ieeo???? (1,2,3??) Ieeee!! (Ja!!!!) Superleuk om op deze manier contact te maken met de kids. Ik zag dat de moeders met hun kleintjes, die verderop op een boomstam zaten te wachten op het bijbelverhaal, met me meededen!

Wat ook wel erg leuk was om ze de klanken van het liedje te horen ‘zingen’ wat ik voor Amy zong.

‘Is je deur nog op slot? Is je deur nog op slot?

Van je krr, krr, krr doe het open voor God.

Want de Heer wil bij je wonen, en dan ben je nooit alleen!’

Na twee keer voordoen, deden ze al mee met het ‘ krr, krr’ gebaar van het omdraaien van de sleutel. Zo grappig, toen we in de avond terug kwamen om de Jezus film te laten zien, hoorde ik naast me ‘krr, krr??’ Dus maar weer het liedje met ze gezongen.

Omdat Angelo niet kwam opdagen om het bijbelverhaal te vertalen, gingen de meeste locale vrouwen maar aan het werk op het land. Een paar vrouwen bleven achter onder andere de vrouw van de chief. Met haar heb ik een paracord armband gemaakt. Ik was van plan om dat met de kinderen te doen maar omdat we rekening moeten houden met de rangorde in de stam, adviseerde Carin om niet meteen met de kinderen te gaan zitten maar met de oudere vrouwen.

Na wat handen en voeten uitleg kreeg ik het voor elkaar om de vrouw het armbandje in elkaar te laten knopen. Tenslotte bij een kampvuurtje het paracord aan elkaar gesmolten. Trots was ze erop toen ik het uiteindelijk om haar pols vastklikte.

In de middag hebben Jan en ik bij de teamleider van Ard en Carin een 15-tal jerrycans van 20 liter gevuld met water en bij thuiskomst op hun eigen compound de jerycans geleegd in een watertank. Ard en Carin hebben op hun compound 3 tanken staan van 2500 liter per stuk. Daar vangen ze hun regen/drinkwater op. Nu begint dat water, na de regenbui van een week geleden, wat leeg te raken. Normaal gesproken laten Ard en Carin de locale vrouwen jerrycans vullen met water, die zij oppompen bij de bron. Hiervoor krijgen zij per jerrycan betaald. Echter kunnen de vrouwen nu geen water halen want alle 4 pompen binnen een straal van 9 kilometer zijn kapot. Alleen de pomp bij de teamleider in de buurt doet het nog. Dus het zou een zegen zijn als het weer eens goed zou gaan regenen. Voor de bevolking is dat erg noodzakelijk.

Op zaterdagavond zijn Ard, Jan en ik, weer terug gegaan naar de stam van chief Joseph. Met onder onze arm een wit laken en een soort beamer. Die avond zouden we de Jezus film in hun eigen taal laten zien. Voor de stam een shocking ervaring, nooit eerder zagen zij bewegende beelden met geluid. Dus wij weer in de auto, met de ‘ radio’ keihard aan!

Op het compound van de chief werd het laken opgehangen aan een ‘schutting’ van stokken en de beamer ervoor op de grond. Al snel stonden er zo’n 100 kinderen, vrouwen en enkele (jongemannen) om de beamer heen. Geweldig om door hun ogen de Jezus film te zien. Herkenning over ‘de schoonheid van Gods schepping’, verwondering over ‘de storm op zee’, (wat is een zee eigenlijk in hun ogen??), meevoelend met de ‘kruisdood van Jezus’. Voor hen is alles nieuw en puur. Zo mooi om het evangelie op deze manier met hen te delen.

“Ga er daarom op uit om alle volken tot Mijn leerlingen te maken
”

Ard en Carin hebben ook een soort handel bij hun woning. ‘Deeboen en Balang’ (zeep en zout). Ard en Carin hebben dat grootst ingeslagen en verkopen dat (ver onder de inkoop waarde) aan de bevolking. Dus wel 20x per dag staat er, vaak kinderen en vrouwen, aan het hek: ‘Balang!!!’, ‘ Deeboen!!’ En dan loopt er weer een van ons naar het hek, overhandigen ze ons een votje papier wat voor geld moet doorgaan, en wij wegen en meten zout of zeep af. Wel grappig om op deze manier de vrouwen te voorzien van zeep en zout.

Deze week hebben we met z’n allen een van de watertanks schoongemaakt. De tank die het regenwater opvangt, moest na 1,5 jaar een keer leeg komen en tot op de bodem schoongemaakt worden. Dus omdat het water in die tank bijna op was, besloten we om het dan nu maar aan te pakken. Dus de jerrycans gevuld met het restant en deze in de andere tank gegoten. Op de laatste 20 cm na. Toen Boaz en Manoah in hun onderbroek in de tank laten zakken en hun de groene aanslag, modder en restanten water eruit laten halen. Wat een klus zeg. Elke keer een emmer met vies smerig stinkend water via een touw omhoog hijsen, in een bak leeg kieperen, en dat water weer bij de paar passievruchten planten gooien. Alles wordt hier hergebruikt.

Na ongeveer 1.5 uur was de tank schoon, wij allen uitgeput en de twee kanjers een zakje snoepjes rijker! En nu bidden dat de floadgates of heaven weer open gaan!!

‘Wat zou je in Nederland nooit doen maar wil je hier een keer proberen?’ , vroeg Ard.

Toen besloten we dat we die avond een ovenschotel zouden eten met daarin aardappels en kip.

(VOOR VEGETARISCHE LEZERS, OF DIEGENEN MET EEN ZWAKKE MAAG, DIT GEDEELTE SKIPPEN)

Want dat wilde ik nog een keer doen. Weten hoe je een kip moet slachten. Niet dat ik het in Nederland ooit zal gebruiken, zeker niet voor de fun, maar als het een keer moet wil ik weten wat en hoe ik het moet aanpakken.

Dus hebben we een kip gekocht van een locale bewoner. En ja, ik heb het gedaan. De haan is, onder het toeziend oog van Boaz, Manoah en Amy, van zijn stokje gegaan, hij heeft zij kop laten rollen en van deze kale kip kan je nu niet meer plukken. Het was een maaltijd die ik niet gauw zal vergeten. Nogmaals, dit is het leven in de Laarim, slachten van vlees doe je hier zelf. In andere delen van de wereld halen we onze kipfiletjes en kippenbouten bij de poelier.

En deze week kwam ook de ‘slager’ bij ons huis langs. De chief kwam, in hoogst persoon, met een bos bladeren naar het compound van Ard en Carin. Hij had in die bladeren en takken een stuk vlees van een koe gestopt! Voor deze omgeving is het heel bijzonder dat de chief een stuk vlees komt brengen terwijl de mensen van zijn stam honger hebben. Maar dit gebaar geeft aan hoe bijzonder hij de relatie met Ard en Carin waardeert. Voor Ard en Carin is dit een opsteker dat hun aanwezigheid hier erg wordt gewaardeerd.

Afgelopen week was het een extra dagje rust in huize de Leeuw. Alle drie de kids hebben een dag spugen en slapen gehad. Niets bleef erin. En uitgerekend die dag was de temperatuur buiten (lees ook in huis!!) ver boven de 40 graden! De derde in de afgelopen 10 dagen. En er was bijna geen wind. En dat beetje wind dat er was, voelde aan alsof men een fohn op de hoogste stand stond te blazen! Pittig dus. Veel drinken en weinig ondernemen.

Vanmorgen, toen we naar het compound van de teamleider gingen voor de team dag, zagen we een oploop van mensen op de weg hiernaar toe. Wat is daar aan de hand?? Bleek dat er een helikopter van de UN (Verenigde Naties) was geland! Een Russische helikopter met daarin een aantal mensen die op vredesmissie-onderzoek kwamen in Zuid Soedan. Wat gaaf om zo'n ding van binnen te mogen bekijken. De Russische piloten wilden maar wat graag uitleg geven. En de Rwandese, in vol ornaat bewapende soldaten die de helikopter bewaakten, stonden trots naast ons om op de foto te gaan. Zo grappig.

Vandaag zetten we de laatste reisblog vanuit Kali online. Morgen vliegen we terug naar Oeganda. Vanuit Oeganda zullen we weer verder gaan met ons reisverslag. Hopen dat jullie van de reis genieten! Tot gauw weer!!

1e week Kali

Welkom in Kali, mede-reizigers!

Een week geleden zijn we vertrokken om Ard en Carin te ontmoeten. We mogen nu al 4 dagen deel uitmaken van het gezin de Leeuw in Kali. Wat een voorrecht is ons gegund.

Terwijl ik deze blog zit te tikken, lig ik in de hangmat tussen twee bomen. De zon schijnt tussen de takken door en de wind waait door mijn haren. Ideale omstandigheden toch?

Laat ik je vertellen dat ik in de hangmat vergezeld wordt door minimaal 20 dikke zoemende vliegen die mijn zweterige lichaam een prettige landingsbaan vinden. Want de zon heeft hier een sterkte van 39 graden en de wind is bijna net zo warm. Maar o, wat is het genieten hier, zeg!! Niet gedacht dat de Leeuwtjes zo een prachtige plek hier hebben!

Wat hebben we de afgelopen dagen hier meegemaakt? Zo ontzettend veel! Ik zal proberen mij te beperken tot de highlights! Maar eerst ons 'hotel' beschrijven.

Het 'resort' waar wij mogen vertoeven is ongeveer een voetbalveld groot. Het heeft een toegangshek met een bewaker, genaamd Arcangelo. Hij zorgt dat de locals niet binnen de omheining van het terrein komen. Op het terrein staat hun huis. Dat zijn twee slaapkamers met muren. Daarom heen is een veranda waar de woonkamer en de keuken zijn. Een prima plek want de wind waait er lekker doorheen. Ook staan er op het terrein 3 zonnepanelen voor de electriciteit.

Op het terrein staat een stenen huisje waarin de wc, de douche en de opslag zijn verwerkt. Koud water uit de regentank voor de douche en op het gat in de grond, boven een tank, is gelukkig een wc pot gemetseld. Voor je grote boodschap gaat je op de wc-bril zitten en hou je ruimte vrij om de vliegen de ruimte te geven om naar buiten te vliegen; anders knallen ze tegen je billen. Doorspoelen hoeft niet, je restanten vallen ongeveer 4 meter naar beneden en de vliegen doen de verwerking voor je! Maar de vliegen zijn niet het enige gezelschap dat je tegenkomt in het wc/douche. Ook hebben hagedissen en hunting spiders de weg gevonden. Een hele belevenis om voor het slapen gaan te gaan plassen. Maar missen wil je het ook niet, machtig mooi, hoe de sterrenhemel eruit ziet hier! Zoveel sterren aan een donkere hemel!

Wij slapen op hetzelfde terrein in een tent waar we in kunnen staan. Er staat een 2 persoonsbed in van 1.40 breed. We hebben het knus saampjes, met 30 graden in de nacht....met 2 cm ruimte tussen elkaar.

Oke, en nu wat we hier meemaken. Een aantal jongens en meisjes van de bevolking staan de hele dag bij het hek. Kijken wat je doet, af en toe een voetbal lenen of ze komen zout of zeep kopen. Dus elke keer 'praten' we weer met ze. Ard en Carin alsof de Laarim hun moedertaal is, ik kan me redden met 'abuna?' (hoe gaat het?) Abuna! (het gaat goed) en nog paar andere woordjes. Ze konden wel waarderen dat ze in hun eigen taal door ons werden aangesproken. Op dit moment kijken ze over het hek mee naar wat ik aan het doen ben..

Zoals we ondertussen bijna gewend zijn hebben we de eerste nacht en groot deel van de eerste ochtend hier mega veel regen gehad! Alweer? Ja, alweer! De watertank zat tot aan de nok toe gevuld, wat een zegening! En wat ons in gedachten komt is dat we voor onze reis gebeden hebben of God onze aanwezigheid in Afrika wil zegenen, nou...gebeden worden verhoord! Zelfs de kippen op het terrein leggen meer eieren dan ze ooit gedaan hebben! Gisterochtend vonden we er zelfs 4 in het hok!

De eerste drie dagen zijn we bezig geweest met het snijden en invriezen van groenten en vlees. Ard en Carin hebben hun vers voorraad voor 3 maanden ingekocht in Kampala. Blikvoer en ander eten, meel, boter, melkpoeder, wordt via een vliegtuig ingevlogen. 1x in de 4 weken. We hebben enorm veel paprika's, uien, kool en wortels gesneden en in plastic bakjes gedaan. En die bakjes zo efficiënt mogelijk in de vriezer gestopt. Wat een klusje, zeg. En dat elke 3 maanden weer.

Waar ze hier ook veel last van hebben zijn scorpioenen. Kleintjes maar die zijn verraderlijk. De beet zorgt voor 3 dagen lang zeer scherpe pijn tot ver in de ledematen. Gelukkig hebben Ard en Carin een apparaat (Zapper) die er voor zorgt dat het gif in het lichaam zich ontleed. Door aan de accu te draaien komt er stroom vrij en de elektroden zetten we op het lichaamsdeel waar de beet zit. En de pijn trekt weg... Bizar... En als de behandeling gedaan is danken we God voor het apparaat.

Woensdag hadden we iemand met zo'n beet op het terrein, nadat die behandeld was zouden we op bezoek bij Angelo op de berg gaan. Echter kwam er een sub chief aan die vertelde dat zijn vrouw erg ziek was. Normaal sturen Ard en Carin ze door naar ziekenhuis in Kimatong maar omdat ze nog relatie aan het opbouwen zijn met die stam, hebben we de plannen omgegooid en haar naar het ziekenhuis gebracht. Al schommelend en bobbelend reden we naar Kimatong. De vrouw was erg ziek en haar hoofd schudde heen en weer. Dus heb ik haar hoofd tussen mijn handen genomen en haar stevig tegen het hoofdsteun gedrukt. Mooie gelegenheid om meteen voor haar te bidden!

Omdat de dokter al dagen lang weg was moesten we naar een dorp verderop doorrijden. Nog een ander zieke baby met zijn moeder in de auto gezet en zo zaten we met z'n 11-en in de auto. De vrouw is door de dokter, op slippers, bekeken en binnen 1 minuut was de diagnose gesteld. Ze had pijn dus paracetamol en penicilline erin. Veel meer keuze had de dokter niet in zijn apotheek, er stonden 5 verschillende potten met medicijnen.

De zieke vrouw en baby weer in de auto en weer terug. Beterschap!

Donderdag hadden Ard en Carin een teamdag. Een keer in de week komen ze met het hele zendelingenteam ( 12 volwassenen en 6 kinderen ) samen om te vergaderen en elkaar te bemoedigen. Maar ook gebed en bijbelstudie en taal is een onderdeel van de dag. Dat betekende voor ons een dagje 'rust' en internet! De kinderen van Ard en Carin en de andere teamgenoten vermaken elkaar en oppas is geregeld. Dus dat was hangmat hangen, bellen met ouders en kinderen. We missen ze maar weten dat ze het supergoed doen! Trots op ze!

Vrijdag zijn we naar Angelo gelopen en zijn nieuwe hut bekeken. Door een 'deur' van een halve meter hoog schoven we het hutje binnen. Er werd mij een geschaafd stuk hout, een tak van 50 cm, aangeboden waarop ik moest gaan zitten. Dat was het stoeltje. Zo ontzettend leuk contact met de mensen en kinderen daar gehad. Met handen en voeten en Ard zijn bijzondere taalkennis, konden we met elkaar praten.

Een van de meisjes liep mee om zeep te halen, met haar heb ik de eerste armband van de paracords gemaakt.

Vol verbazing en met water in de mond hebben we toegekeken hoe Carin zelfgemaakte pizza maakte. Heerlijk! Daarna hebben we nog een spel slagbal gedaan. Wat een lol hebben we met elkaar gehad! Zelfs kleine Amy deed op haar eigen manier mee! Na een half uurtje rennen hebben we ons zweet afgespoeld onder de, door de zon verwarmde water douche.

Morgen weer een nieuwe dag in het mooie Laarim!!

Trip Oeganda naar Zuid-Soedan

Hoe ga ik jullie, onze reisgenoten, vertellen over de afgelopen dagen? Hoe kan ik uitleggen hoe het voelde om hier bij de Laarim bevolking te zijn? Het is bijna onbeschrijfelijk maar ik ga het proberen.

Op zondagochtend 26 februari werd er om 05:30 uur door Boaz op onze slaapkamerdeur geklopt. Tijd om wakker te worden! We gaan vertrekken. Nog even snel wat eten en de laatste spulletjes in de auto gelegd. Het andere AIM team, wat ook bij de Matoke Inn logeerde, was speciaal voor ons uit bed gekomen. We hebben met z’n allen gebeden voor een veilige reis. En toen gingen we rijden. Het was toen 06:15 uur.

Een van de redenen om zo vroeg te vertrekken is dat het dan nog rustig is in Kampala. En dat was inderdaad het geval. We waren binnen no time uit Kampala en konden naar het noorden van Oeganda gaan rijden. De wegen in Oeganda worden (eindelijk) aangepakt. Een bypass rondom Kampala is in de maak, een bijna 4 baans-weg, helaas zetten ze die dan zonder strepen. Maar een verbetering is het wel. Na een uur of 2 zijn we even uit de auto gegaan om de benen te strekken en de laatste plas op een gewone wc te doen. Het bleek dezelfde stop plek te zijn waar we in 2014-15 ook zijn geweest nadat we op safari waren geweest! ( Heb aan jullie gedacht, mzungus!! )

Tijdens de rit naar Kali wordt er alleen gestopt als er iemand moet plassen en dat gebeurd bijna niet. In de warmte gebruikt je lichaam al het vocht dat je er aan de bovenkant in gooit. De, met pasta en kaas, gesmeerde broodjes en de zoete pannenkoeken smaakten heerlijk zo in een warme auto. De rit ging verder zeer voorspoedig, We kwamen veel eerder op de tussenstop aan dan Ard en Carin hadden verwacht, zo'n 1.5 uur vroeger. De plek waar we zouden overnachten heet “Little Palace” in Kitgum. Kitgum is het laatste ‘grote’ dorp dat we tegen zouden komen. Daar hebben we onze kamers bekeken en de koffers erin gezet. En aan het eind van de eerste reisdag wordt er altijd nog even gezwommen bij een hotelletje vlakbij het hotel. En je raadt het nooit
het begon stevig te waaien en de donkere wolken pakten samen boven Kitgum! Het gaat toch niet weer regenen nu wij hier zijn?? Ondanks dat hebben we toch de zwemkleding aangetrokken en het water ingedoken. Dat was een zeer welkome verfrissing na een warme dag in de auto. Er zijn gelukkig alleen bladeren van de boom en een paar druppels gevallen.

Bij datzelfde hotel hebben we de warme maaltijd besteld. Heerlijk eten was dat en super goedkoop. ( 5 euro omgerekend )

Omdat we allemaal supermoe waren van de rit, lag iedereen om 9 uur al te slapen.

Morgen een nieuwe dag.

De volgende morgen gingen we om half 8 weer rijden. We hadden een stevig ontbijt genomen bij Little Palace, gebakken ei op brood of chapati. Normaal eet ik dat niet zo vroeg maar bij gebrek aan anders
prima!

Ook deze tweede dag ging voorspoedig. We moesten nog een stukje door Oeganda voordat we de grens van Oeganda hadden bereikt. Ook hier deels prima wegen met verraderlijke drempels of geulen in de weg. En als je met 110 km per uur over de weg sjeest dan is het flink remmen en alsnog een jump op de achterbank maken. Ondertussen de kinderen, jezelf en de doos appels en toilettas tegenhoudend die van achteren naar voren schuiven.

Maar toen kwam de grens van Oeganda in zicht. Drie rieten hutjes op een rij! Bij ieder huisje moesten we naar binnen, ons paspoort laten zien, en onze gegevens werden in een boek geschreven. Toen we daar klaar waren konden we gaan rijden, door Niemandsland heen, naar de grens van Zuid-Soedan. Niemandsland, heel letterlijk. Je ziet bijna niemand daar. We zijn vanaf grens Oeganda tot aan Kali maar 1 auto tegen gekomen. Bij de grens van Zuid Soedan moesten we weer de auto uit. In een gebouw zat een streng kijkende man, die, nadat hij ons paspoort en de bijgesloten 100 dollar uitgebreid had bekeken, ons het visum verstrekte voor Zuid Soedan. Yesssss!! We zijn er!!

En toen begonnen we aan het laatste stuk van de reis. Nou, ik zal nooit meer klagen over de wegen, waar dan ook ter wereld. Die van Zuid Soedan zijn niet te evenaren. Het grootste deel van de weg konden we maar 30 km p/u rijden. De gaten, geulen, bulten zorgden ervoor dat we al hobbelend en botsend door het prachtige landschap reden. Af en toe zagen we voor ons een kudde koeien of geiten oversteken. Meestal met een vriendelijk zwaaiende herdersjongen erbij. Wat een vriendelijke mensen zijn er in Zuid Soedan!

En zo kwamen we steeds dichter bij het huis van Ard en Carin. Tot hun verbazing reden we over een stuk weg waaronder behoorlijk veel water stroomde. Dat was iets wat ze niet vaak hadden gezien. Ook begonnen we ons af te vragen hoe de drie rivieren zouden zijn waar we dwars doorheen moesten met de auto. En terwijl Ard de fourwheeldrive aan en uit zette als we door modderpoelen reden, werd de weg een serieuze klus. De bomen en struiken waren een stuk groener geworden in de afgelopen 14 dagen, waarschijnlijk omdat er flink regen was gevallen.

En toen stonden we voor de rivier. Ongeveer 6 meter breed en
.tsja hoe diep zou hij zijn. Dus eerst stoppen en met elkaar praten. Hoe gaan we aan de overkant komen? Uitstappen en 1 persoon laten waden zodat we wisten hoe diep het sterk stromende water was, met groot gevaar voor leven? Of besluiten om vaart te maken en te gaan?

De beste keuze die je dan kan maken is samen de handen vouwen en te gaan bidden. God zal ons beschermen, ons door de rivier helpen en de auto kracht en Ard wijsheid geven. We besloten het laatste, vaart maken en rijden! De redelijk angstige kinderen stevig op schoot achterin de auto, Ard zich schrap zettend, Jan met de camera in de aanslag.

Je begrijpt het waarschijnlijk al, het is ons gelukt! God heeft ons bewaard! De twee andere rivieren waren modderig maar gelukkig niet meer zo sterk stromend water.

En zo kwamen we om 16:00 uur aan bij het huis van Ard en Carin. Prijs de Heer!!

Week 2

“Open the floodgates of heaven, let it rain, let it rain!” Een bekend lied waarin aan God gevraagd wordt of Hij de hemelsluizen open wil zetten om zijn zegeningen te laten neervallen. Nou, dat is de afgelopen dagen hier gebeurd, letterlijk en figuurlijk! Wat een regen hebben we hier in de eerste week ’s nachts gehad, niet normaal. Wat een zegen om nu eens de sloten vol te zien staan met water. In de drie keer dat we hier geweest zijn hebben we dat nog niet zo gezien.
De kinderen uit de omgeving stonden met een stok en een stukje rubber eraan in die sloot te vissen. Dat kan weer omdat er genoeg water is en de vissen door de stroom worden meegevoerd. Wat een zegen!

De afgelopen dagen is het me gelukt om weer eens op tijd het bed uit te gaan en de kleine kinderen te gaan wassen. Afgelopen dagen hadden we ons elke keer ‘verslapen’ (8 uur wakker), waarschijnlijk moest die Nederlandse vermoeidheid er nog even uit. Maar het is elke ochtend een feest om rond 7 uur de slaapzaal van die kleintjes in te stappen. De bijna misselijkmakende geur van poep en urine komt je welriekend tegemoet maar ook 6 stralende glimlachen! Nou, daar slik ik een bijna kokhalzen -gevoel wel voor weg, hoor! Het verbaast me elke keer weer hoe weinig deze mensen nodig hebben om een baby te verzorgen. Of denken wij in Europa dat we alleen maar met achterlijk veel spullen een kind kunnen laten opgroeien?

Het kind ligt in een katoenen luier, met daaromheen een, meestal kapotte, strikslip. Dus elke ochtend ligt het drijvend in zijn “poepoe” en “soesoe” te wachten totdat het verschoond wordt. In zijn bed liggen stukken stof wat ooit een 1 persoonslaken is geweest, met daar als dekentje bovenop een zelfgemaakte lap dat bestaat uit 6 verschillende restjes stof. De kleine wordt in de gootsteen gezet, de kraan loopt over het bolletje heen en met een stuk huishoudzeep wordt de kleine ingesopt. De plastic strikslip wordt meteen afgespoeld en beetje uitgeklopt omdat het meteen weer om de verse luier heen gaat. Eigen kleertjes hebben ze niet. Er wordt iets uit de kast gepakt wat mogelijk de maat is maar verschil tussen jongens- en meisjeskleren, dat is er op die leeftijd niet hoor! Ook de spuugdoek is een lap stof waar je kleine onder heeft gelegen (mits het niet onder de poepoe en soesoe heeft gezeten). Heerlijk die eenvoud


Dinsdag was het in huize Kramer wasdag. Eerst twee ketels water koken in de waterkoker want, nee, we hebben nog steeds geen warm water. De was mee naar buiten genomen en op de stoep de boel insmeren met een stuk Sunlight zeep. Daar werken de vrouwen hier ook mee. Echter
zij krijgen de rode vlekken eruit! Na 6 handdoeken, twee t-shirts en een jurk, respect, diep respect voor de was aunties!! Te bedenken dat zij dag in dag uit, kruiwagens vol smerige was wegwerken.

Donderdag hebben we een rit gemaakt naar Nkokonjero, een plaatsje ongeveer een uur met de taxi, bij ons vandaan. In Nkokonjero woont/werkt een jonge dame die we via Facebook hadden leren kennen. We hadden een stuk kaas ingepakt en een zakje nasikruiden. Hoe lekker is dat als je een half jaar uit Nederland weg bent. Eerst met de taxi naar Mokono, daar moesten we overstappen in een andere taxi. Hier doen ze niet aan dienstregeling, ze vertrekken pas als de taxi vol zit! Dus na 3 kwartier gingen we pas rijden. Helaas hoorde we, toen we half uur onderweg waren, dat de afspraak niet door kon gaan en zijn we maar snel uit de taxi gestapt en weer terug naar Mokono gegaan. Zijn toen in Mokono maar een lekker uit eten gegaan. Chips met chicken/worstjes.

Een van de Nederlandse vrijwilligers, Rianne, was deze dag jarig vandaag. Dat heeft ze met lolly’s gevierd in het kinderhuis en in de avond heeft ze de buren uitgenodigd voor een kopje koffie met een cup-cake! Heerlijk! En ja, wat geef je een 71 (!!!!!!!) jarige job?? Een zelfgemaakte kaart en blokjes kaas om uit te delen!! Zo is de kaas toch goed terecht gekomen! Maar na de verjaardag toch maar snel naar huis gegaan om de laatste dingen op te ruimen of in te pakken. Want vrijdagochtend gaan we naar Kampala om daar Ard en Carin te ontmoeten.

Ard en Carin de Leeuw zijn onze ver-weg vrienden. We hebben hen een weekend bezocht toen ze in Tororo (Oeganda) zaten, twee jaar geleden. Nu zijn ze zendelingen in Zuid Soedan. Afgelopen jaar hebben we het plan gevat om hen te gaan bezoeken. Daar hebben we wel wat voorbereidingen voor moeten doen. Vooral de pret vooraf was al een leuke voorbereiding. Ard en Carin hebben de afgelopen 14 dagen verlof gehad en daarvoor verblijven zij in een guesthouse genaamd “Matoke Inn” van AIM (Africa Inland Mission) die hen heeft uitgezonden.

Dus vrijdagochtend zijn we om 07:15 uur vertrokken naar Kampala. De taxi hebben we volgestouwd met allemaal dozen waarin we de spullen gestopt hadden die wij en een ander Nederlands stel hadden meegenomen voor Ard en Carin. Het plan was om die vrijdag met z’n vieren lekker te gaan eten en zwemmen in een hotel. Dus om half 7 hebben we ons van top tot teen in de vette zonnebrand creme gezet. Ons witte huidje moeten we niet verbranden.
We waren nog geen 10 minuten onderweg toen de druppels uit de lucht kwamen vallen. Deze druppels werden een stortbui die het HELE verkeer in en rondom Kampala vast legde. We hebben er met de taxi 3.5 uur over gedaan om op de plaats van bestemming te komen! Glibberend van de creme! Maar

 voor het uiteindelijke doel hadden we dat er echt voor over. Wat heerlijk om deze geweldige mensen terug te zien!!! Zo leuk om de kids te zien. Boaz (5) en Manoah (4) en kleine Amy van 1 jaar oud! Alsof er geen half jaar tussen heeft gezeten dat we elkaar in Nederland gezien hebben!

Omdat het nog behoorlijk grijs en miezerig was buiten besloten we toch maar om het dagje weg met z’n vieren te pakken. Ard en Carin hadden oppas geregeld dus dan moet je daar gebruik van maken.

We zijn naar een hotel in de buurt gegaan waar zij de week ervoor al een keer met de kids waren geweest. Geweldig mooie plek om uit te rusten en te relaxen. Dat hebben we gedaan nadat we eerst van een lekker buffet hadden genoten. En wat denk je? Tijdens het eten brak de hemel open en de zon begon de schijnen. En dan zit je hier meteen op 26 graden ofzo! Heerlijke dag samen gehad.

In Matoke Inn werd ondertussen ons avondeten gemaakt en konden we zo aan tafel gaan met andere zendelingen die daar ook verblijven. Wat kan ik toch genieten van de Engelse conversatie die we met elkaar aan tafel hebben en die kleine kids, die kletsen gewoon mee! Nadat zij op bed lagen hebben we gezellig bijgekletst wat we overdag nog niet besproken hadden en dat was al veel.

Vandaag, zaterdag, hebben we de laatste boodschappen gedaan voordat we gaan uitrijden. We zijn een supermarkt ingedoken en hebben mega veel toiletpapier, melk, vlees, verse groente en fruit enz enz gehaald.. zo veel dat we met 4 karren de winkel in gingen! De auto heeft Ard volgestopt met alle dozen die wij hadden meegenomen en de boodschappen en spullen die ze zelf gekocht hadden. Dus zo meteen vroeg naar bed zodat we morgen, fris en fruitig, om 6 uur kunnen vertrekken naar Zuid Soedan!

We zijn twee dagen onderweg, stoppen alleen om te plassen en te overnachten net voor de grens van Zuid Soedan. Maandag, ergens aan het eind van de middag, komen we aan in Kali, waar Ard en Carin hun ‘ thuis’ hebben. We zien er naar uit om die 10 dagen in hum omgeving door te brengen. De omstandigheden zijn minimaal. We zullen twee keer in de week internet hebben, als we bij de teamleider zijn. Water moet gehaald worden uit een bron verderop.
We gaan over een paar uur een avontuur beginnen waar we mega veel zin in hebben. Maar we willen jullie vragen of jullie ons en het gezin de Leeuw in jullie gebed willen meenemen. De wegen zijn in Oeganda van redelijk goede staat, in Zuid Soedan zal dat van een heel andere staat zijn. Diepe kuilen en gaten is daar heel normaal. We bidden God voor Zijn bescherming onderweg en dat we daar een goede tijd met elkaar en de Laarim-bevolking zullen hebben. We bidden dat we Zijn licht mogen laten schijnen in een duistere wereld. Lieve vrienden, we zullen zo snel mogelijk een nieuwe blog zetten zodra het kan. Echter kan dat ook pas over 14 dagen zijn.

Ga met God dan gaat het je goed!

Week 1

“Hello my friend! How are you? “ is wat we de afgelopen dagen veel hebben gehoord. Iedereen vraagt aan iedereen hoe het met je gaat. En het antwoord is altijd “fine”. Ongeacht of het wel of niet ‘fine’ met je gaat. Buiten dat is het wel zo vriendelijk om elkaar gedag te zeggen, iets waar we in Nederland nog wel wat van kunnen leren.

Dus ook aan jullie, onze mede-reizigers, “How are you?”
We are fine! Het gaat goed met ons, prima. De afgelopen dagen hebben we rustig aan gedaan. Beetje in het Afrikaanse tempo proberen te komen, want op z’n Hollands het terrein hier op en af wandelen, dat kost je mega veel energie en kom je in ademnood. Rustig aan, dus!

Ook woensdag hadden we nog een dag van (ver)nieuwe ontmoetingen. Bij onze lieve vriendin Jessica gezeten en daar een andere vrijwilligster ontmoet, Marie Jose. Zij en haar man Jan (ja, alweer een Jan) zitten hier voor onbepaalde tijd. Leuk om nieuwe mensen met passie te ontmoeten. En daar bij Jessica was het eerste schatje waar ik even lekker mee kon kroelen. Bernice. En kleine meid die constant een lach voor je klaar heeft staan! Dan maakt het niet uit dat je haar poepluier moet verschonen!

We hebben bezoek gehad van de jongste boer op Noah’s Ark, zijn naam is Amos.
Amos is het zoontje van Nederlandse zendelingen die hier werken, een heerlijk mannetje van 4 jaar oud. We kennen dit gezin nog van 2 jaar geleden, toen was Amos 2 jaar. Nu heeft hij ons, in het Nederlands met een Engels accent, een rondleiding gegeven op de boerderij hier. Zo grappig om uit zo’n klein mannetje te horen wat er allemaal gebeurd op de boerderij. Zo heeft hij ons rondgeleid bij de ‘chickens’ , de ‘little pigs’ en de ‘cows’. Er was een Amos-cow en een Sarah-cow. Twee jonge pinken die naar de twee Nederlandse kids zijn vernoemd. Bij de boerderij werkt uncle/ teacher Piet. Uncle Piet heeft ons veel verteld over de praktijklessen die de kinderen hier krijgen. En uncle Peter heeft mij ook wat geleerd. En er kan weer iets van mijn bucketlist af.
Ik heb namelijk, met de hand, een koe gemolken!!

Afgelopen woensdag hoorden dat we moesten verhuizen. Jawel, je leest het goed. We zijn dinsdag aangekomen en donderdag hebben we de koffers weer gepakt. Er is namelijk een vrijwilliger Yneke die 4 vriendinnen op bezoek kreeg en zij moesten in het huis waar wij waren geplaatst omdat dat huis 3 slaapkamers had. Dus
. Daar gaan we weer! De volle koffers weer in een kruiwagen, meteen ook maar een extra tafeltje meenomen uit dat huisje naar ons nieuwe stekje. We zitten nu weer langs de muur met uitzicht over groene bomen. Prachtig!!

Die morgen hebben we ook kennis gemaakt met het onderwijs. Geen van beiden hebben onderwijservaring maar we gaan helpen in het leesprogramma. De kinderen die kunnen lezen, moeten leeskilometers maken. Dus met een lijst in de handen naar de klas van P4 (7 a 8 jaar). Een voor een halen we een kind naar buiten en gaan dan onder een boom of op een stoepje een boekje lezen. Opletten of ze de uitspraak goed doen en of ze de klankletters aan elkaar ‘blenden’. (plakken) Heel leuk om te doen. De resultaten moeten we in een schrift bijhouden zodat ze weten welk kind goed op niveau zit en welk nog wat meer aandacht nodig heeft.

Tijdens het avondeten kwam er een verkwikkende regenbui, wat het stof voor even heeft weggespoeld. Hebben lekker onder de overkapping buiten gezeten om te genieten van de warme regen die viel. Maar zo verkwikkend het die avond was, zo overdonderd was het de nachten erna. Al drie nachten hebben we gigantische regenbuien gehad waarvan er een bui wel 4 uur heeft neer gekletterd! Mega, wat een water is er gevallen. Tijdens een van de buien kwam er zo harde donderslag boven het compound die Jan, al zwaaiend met armen en benen, wakker maakte. Hij lag te rillen van de schrik in bed, de schat.

De afgelopen week zijn ze bezig op het terrein met nieuwe elektriciteit bedradingen te leggen en ook nieuwe elektriciteitskasten. Vanwege die werkzaamheden hebben we al 3 dagen overdag geen elektriciteit op het terrein, en met de regenbui op donderdagavond was er ook in de avond geen licht. Gelukkig had ik waxinelichtjes meegenomen in de koffer. Romantisch hoor!

Je wordt wel erg inventief hier in Afrika. In ons nieuwe huisje is de gasfles nog niet aangesloten. Hebben nog niet de juiste aansluitingen voor de fles ontvangen. Maar ik wilde nu toch een keer een ander ontbijtje maken dan verse ananas. Dus
heb ik de eieren in de waterkoker gekookt! Geroosterd (oud) brood erbij, heerlijk!
De Oegandese kinderen zijn ook inventief. Jan heeft nog een paar kinderen op een slee voortgetrokken! Toen we langs een paar huisjes in een dorpje kwamen lopen, zagen we een paar kleine kinderen bij een huisje spelen met een stuk touw en een plaat plastic. Hoe leuk is dat als een mzungu-papa het stuk touw pakt en al rennend je over het rode zand trekt! Grotere glimlach kun je niet krijgen!

Vrijdagmiddag zijn we naar Mukono gegaan. Dan lopen we langs de weg omhoog naar de mainstreet. Daar moeten we ongeveer 3 kilometer voor lopen, met een deel dat ongeveer 40 graden omhoog gaat (zucht, hijg, zweet). We zagen in het gras of riet, aan de kant van de sloot iets liggen. Iets verderop stonden een paar mensen te kijken. Toen we dichterbij kwamen zagen we dat het een vrouw betrof. Waarom ligt die vrouw daar? Waarom loopt niemand naar haar toe?
“Nanda, pas op je veiligheid”, zei Jan toen ik naar haar toeliep. “Tsja, ik kan toch niet voorbij lopen?”
Dus ik haar roepen “mama, mama, how are you?” (iedereen heet hier mama). Deze mama zei geen ‘fine’. Ze gaf geen reactie. Ik bij haar geknield en geschud. Geen reactie. Haar pols gepakt, wel hartslag, geen reactie. Ik zag dat haar oogwimpers trillende bewegingen maakten. Geen reactie toen ik haar kneep in haar velletje tussen haar duim en wijsvinger. Ze lag al in een stabiele zijligging.
Okee, wat nu? Ondertussen waren er meer mensen bij komen te staan. Allemaal in het niet-engels tegen elkaar pratend. Hallo??? Toen zag ik dat er een paar bij stonden die wel Engels konden praten want ik herkende ze van het compound dus gevraagd of er hulp kwam. Ja er was hulp onderweg. Ze is meegenomen naar de kliniek op het compound. De volgende dag hoorden we dat ze weer weg was naar huis. Het ging weer goed.

Ik leer hier van alles. Vrijdag werd er gegild uit de keuken bij de kleintjes. Daar zat een jonge meid van 10 jaar op een stoel en haar been lag op tafel. Ik liep er toevallig langs en zag dat een auntie een snee in haar enkel probeerde schoon te maken. Het was een diepe snee, van ongeveer 3 cm. Maar ze gilde en trapte en sloeg om haar heen van de pijn. Dus
.armen om de huilende meid geslagen zodat ze in een soort houtgreep lag terwijl auntie haar wond kon schoonvegen en de medicijnenzalf er in kon smeren. Nadat de pleister gezet was, zijn we samen op de bank gaan zitten, ff uitblazen van deze inspanning. Zo maak je van alles mee hier.

In de kerkdienst van zondagmiddag was het weer zo goed toeven! Wat een aanbidding kunnen die Oegandesen aan God geven! Jaloers op hun vrijheid daarin. Pastor John had een goede preek. Hij sprak over dat je met vreugde God mag dienen in het werk dat je doet. Dus als je de vloer mag schrobben, doe je werk met een blij hart en wees dankbaar naar God. Als je de kinderen onderwijst, doe het met een blij hart en wees dankbaar naar God. Hier kunnen we allemaal wel wat mee. Wij wensen jullie allemaal een goede werkweek toe! Rejoice in the Lord, all the time!